Het begin

Na vele maanden te hebben moeten wachten is het eindelijk zo ver, mijn reis naar Australie.

Op Schiphol haalde ik de voorlopig laatste goedkope fles vodka. Helaas is die fles niet verder gekomen dan HongKong, want een douanier besloot de plastic zak waarin de fles zat open te scheuren na een warrig gesprek over de inhoud van de fles. Alles wat hij zei leek op "ping pong peng" en hij begreep geen woord van wat ik zei.
Eenmaal aangekomen op het vliegveld van Sydney twijfelde ik of ik wel in Australie was. De honderden Chinezen om mij heen deden mij denken of ik in de binnenlanden van China was beland. Toen ik een nieuwe fles vodka had gekocht en Bart daar zag staan met zijn skateboard, was het toch echt een feit: ik ben in Australie.
De eerste vier nachten heb ik gespendeerd in het CBD (Central Business District) van Sydney, in een hostel (Maze Backpackers) met een stinkende kamer en alleen maar Britten die niet echt open stonden voor een gesprek met Nederlandsers. Wel heb ik in dit hostel voor het eerste kangeroo gegeten, in de filet- en gehaktvaraint (lekker).

De eerste vier dagen bestonden voornamelijk uit lopen, dingen zien zoals the Opera House, Harbour Bridge, Darling Harbour en The Botanic Garden. Sydney is een mooie, maar ook een hele drukke stad, overspoeld door Chinezen. De wandeling van Bondi Beach naar Cogee Beach langs de rotsen was mooi en hier heb ik ook een paar mooie foto's geschoten.

Na de vier dagen in het CBD te hebben gezeten, zijn Bart en ik voor twee overnachtingen naar The Blue Mountains vertrokken. Hier heb ik echt veel mooie dingen gezien (Three Sisters, The Grand Stairway en heel veel mooie uitzichten). Vooral de 2e dag waarin wij een route hebben gelopen voor de meer ervaren wandelaars, van de Wentworth Falls helemaal naar beneden langs diepe afgronden, over beekjes heen lopen, onder watervallen door, alles zat erbij. De uitzichten waren hier nog mooier. Ook hier heb ik zeker een paar mooie foto's geschoten.

Vanuit verhalen van Merijn, Bas en Casper ben ik behoorlijk bang gemaakt voor de backpackersdrank: "goon", oftewel goedkope wijn in een kartonnen doos. Veel goedkoper dan alle andere drank en dus een goede uitkomst voor backpackers. Het drinken van goon valt best mee, al kijken de meeste mensen ons redelijk vreemd aan als zij zien dat wij "smooth dry red" drinken. De meeste houden het bij witte goon gemixt met limonade of frisdrank.

Na drie dagen in The Blue Mountains te zijn geweest, zijn wij weer terug gegaan naar het CBD in een ander hostel (Westend Backpackers) dan het eerste hostel. Na twee nachten daar te hebben gezeten, zijn wij naar een hostel in Kings Cross gegaan, een suburb van Sydney. Hier blijf ik ook totdat ik het vliegtuig naar Darwin pak, dit zal de 23e zijn.

Het leven hier is echt heel relaxed, er zijn dagen dat je helemaal niets doet en dagen dat je de hele dag loopt en dingen moet regelen (bankrekening openen, medicare en belastingzaken). Nu het "regelgedeelte" voorbij is, zijn er alleen nog maar leuke dingen die ik ga doen. Ik hoef niet op de tijd te letten, niet op vroege wekkers, het is allemaal gewoon erg chill hier. Het hostelleven begint ook al te wennen en ik heb erg veel zin in Darwin. Ik zal jullie over een paar weken weer verblijden met een verhaaltje.